Nyala
De spierwitte gedaante was opzoek naar de leider. Ze had werkelijk geen flauw idee wie het was, maar daar zou ze snel achterkomen. Nyala was geen sterke merrie, ze kon niet vechten zoals de andere dat deden. Ze kon enkel een grote bek geven, dat was het enige. Haar volle witte manen bedekte haar slanke witte hals, en haar staart was een stikje opgetrokken omdat die anders de grond raakte. Haar ogen waren niet bruin, niet blauwe, en ook niet grijs. Ze waren puur zwart, wat bij sommige een beangstigend effect gaf. Zacht hinnikte de witte gedaante, een hinnik richting de leider.